Liberaal liefdadigheidslied
I
Wij, deftige volkspartije
Zijn voor geen ‘kromme sprongen
noch vuile lastertongen
of sluwe veinzerij
‘Doe wel en zie niet om’
Dat is bij ons, de leuze
en deze schoone keuze
is overal wellekom!
Refrein
Bij feest of Karnaval
ziet men ons overal
om gelden in te zaâm’len
tot hulp en troost der schâam’len
En volk en burgerij
doen mee, zooveel als wij.
Hoezee!
II
We gaan met moed en vlijt
de heele stad doortrekken
om leven op te wekken
voor de liefdadigheid.
We stellen paal noch perk
om door gedurig streven
veel onderstand te geven
Dat ’s schoon en edel werk
III
Door schoolsoep, frissche lucht
Krijgt ’t Kind, zoo zwak als teder
zijn vuur en krachten weder
gezondheid en genucht
Ziedaar, het ware doel
dat wij volop betrachten;
de hongerpijn verzachten:
Is menschelijk gevoel
VI
Welaan, waardeerd ons lied,
gij allen goede menschen,
voldoet zoo, onze wenschen,
Vergeet het ‘weldoen’ niet.
We werken vrank en vrij
en eerlijk, zonder dralen
als trouwe liberalen
O! Staat die mannen bij!!...
V
Men stelt ook hoogen prijs,
door eer en deugd te zamen
de schooljeugd te bekwamen
door grondig onderwijs!
Dus, luistert naar den raad
hier, van Van Crombrugsh’s leden
en volgt hun’ vrije schreden
voor ’t heil van land en staat!
Gent, 12 april 1905
Ad. Droesbeke